jaarverslag 2018

Overzicht van baten en lasten en toelichting

Ruimte

Programma 5 Ruimte

Programma 5

Ruimte

Jaarrekening
2017

Ontwerp begroting 2018

Actuele begroting 2018

Jaarrekening 2018

Bedrag verschil

Begroting 2019

Lasten

56.867

52.444

84.029

81.561

2.468

27.769

Baten

-26.947

-13.414

-20.041

-34.259

14.218

-17.153

Saldo van baten en lasten

29.921

39.030

63.988

47.302

16.686

10.616

Stortingen reserves

13.708

6.715

32.391

34.244

-1.854

5.302

Onttrekking reserves

-3.493

-16.626

-58.662

-36.703

-21.959

-17.008

Resultaat

40.136

29.119

37.717

44.844

-7.127

-1.091

Toelichting

In onderstaande tabel wordt het verschil tussen de actuele begroting en de jaarrekening nader gespecificeerd.

#

Toelichting

Bedrag (x€1.000)

V=voordeel /N = nadeel

Dekking/UI

Lasten

2.468

V

1

Administratieve verwerking grondtransacties

-13.239

N

 Baten (28)

2

Bijdrage Stichting Leefomgeving Schiphol

10.000

V

Onttrekking (36)

3

POP3 landbouwsubsidies ontwikkeling, innovatie en EIP

-5.389

N

Onttrekking (38)

4

Onjuiste opname begroting PIM/GO-NH

4.200

V

 Onttrekking (37)

5

Subsidies structuurvisie ILG rijk

-4.199

N

Baten (29)

6

Innovatiestimulering topsectoren (MIT)

3.200

V

Onttrekking (37)

7

Geothermie en warmtenetten

2.350

V

UI

8

OV knooppunten - subsidies

2.300

V

Onttrekking (37) en  Resv. TWIN-H

9

POP3 Verplaatsingsregeling glastuinbouwbedrijven

-2.200

N

 Resv. TWIN-H

10

Duurzame zeehavens

1.493

V

 Onttrekking (39)

11

Uitvoeringsprojecten structuurvisie 2040

1.111

V

12

Provinciale woonvisie en versnellen woningbouw

875

V

Resv. AP 2010

13

Subsidie ontsluitingsweg PrimA4a

-700

N

 Resv. TWIN-H

14

OV knooppunten - instrumenten

529

V

15

Regionale Ontwikkelingsmaatschappij Noordzeekanaalgebied

506

V

16

Herstructurering bedrijventerreinen

271

V

Resv. AP 2010

17

Regionale Economie

275

V

€117.000: UI

18

Stedelijke vernieuwing

-239

N

Baten(32)

19

Ondersteuning toekomstige werkterreinen

225

V

Onttrekking (40)

20

Locatiesubsidies kleine stadsgewesten

-186

N

Baten (31)

21

Omgevingswet en visie

156

V

22

lagere vaststelling van subsidies riviercruisevaart en sloepennetwerk

140

V

 Onttrekking (37)

23

Noordzeehavens

130

V

24

Arbeidsmarkt

122

V

25

Advisering over de toekomstige ontwikkeling van Schiphol

109

V

26

Afrekeningsverschillen voorgaande jaren

392

V

Stelpost prog. 8

27

Apparaatskosten

-312

N

Stelpost prog. 8

Overige verschillen afzonderlijk kleiner dan €100.000

724

V

Baten

14.218

V

28

Administratieve verwerking grondtransacties

11.239

V

Lasten(1)

29

Subsidies structuurvisie ILG rijk

4.199

V

Lasten (5)

30

Uitstel grondtransacties

-1.815

N

31

Rijksbijdrage voor locatiesubsidies kleine stadsgewesten

317

V

€186.000: lasten (20)

32

Rijksbijdrage voor Stedelijke vernieuwing

239

V

Lasten (18)

33

Europese projecten landbouwsubsidies

154

V

Stortingen (35)

Overige verschillen afzonderlijk kleiner dan €100.000

-115

V

Stortingen Reserves

-1.854

N

34

Hogere storting reserve Werkgelegenheid en Economie

-1.700

N

35

Hogere storting reserve Europese Projecten Landbouwsubsidies

-154

N

Baten (33)

Onttrekking Reserves

-21.959

N

36

Lagere onttrekking reserve Leefbaarheidsfonds Schiphol

-10.000

N

Lasten (2)

37

Lagere onttrekking reserve werkgelegenheid en economie

-15.480

N

Lasten (4, 6, 8, 22 en programma 4)

38

Hogere onttrekking reserve Europese Projecten Landbouwsubsidies

5.389

V

Lasten (3)

39

Lagere onttrekking reserve Duurzame Zeehavens

-1.493

N

Lasten (10)

40

Lagere onttrekking reserve herstructurering bedrijventerreinen

-290

N

-225.000:Lasten (19)

Overige verschillen afzonderlijk kleiner dan €100.000

-85

N

Toelichting

Lasten

  1. Conform de uitspraak van de commissie BBV zijn de bruto verkoopopbrengsten onder de “Baten” verantwoord en de afwaardering van de gronden onder de “Lasten”. In de begroting 2018 was bij de “Lasten” nog ten onrechte de netto last voor de afwaardering van grond begroot. Hierdoor is € 11,2 miljoen meer aan lasten in de administratie verwerkt dan begroot. Deze extra lasten worden gecompenseerd door de gerealiseerde  baten. Daarnaast zijn extra lasten gerealiseerd door de terugbetaling van een voorschot als gevolg van een rechterlijke uitspraak.
  2. De bijdrage van € 10 miljoen aan de Stichting Leefomgeving Schiphol is uitgesteld naar 2019 vanwege vertraging in de administratieve afwikkeling hiervan.
  3. De POP3 regelingen Leader, Ontwikkeling Innovaties en EIP worden uitgevoerd door het RVO, de subsidieverplichtingen zijn in voorgaande jaren niet ten laste van de boekhouding van de provincie gebracht. In 2018 is dat, met terugwerkende kracht, alsnog gebeurd op basis van overzichten die zijn opgeleverd door RVO, peildatum 31 dec 2018
  4. Het investeringsgereedprogramma (PIM) en het versnellingsprogramma (GO-NH) zijn conform de planning uitgevoerd. In de begroting is ten onrechte het meerjarenbudget geheel opgenomen in plaats van de jaarschijf 2018. Er is hierdoor € 4,2 miljoen teveel aan uitgaven geraamd voor 2018 in de begroting.
  5. Dit betreft twee subsidies aan de Gemeente Haarlemmermeer, te weten ‘Invoering Verbeterd Droogmakerij Systeem PARK21’ en ‘Groen en recreatieve Verbindingen in de Haarlemmermeer’. Beide Subsidies zijn in 2017 verleend en toen zijn tevens de eerste voorschotten betaald. In 2018 zijn nog een aantal voorschoten betaald. Deze zijn, samen met de laatste nog uit te betalen termijnen, in overleg met de accountant in 2018 in één keer als last genomen en opgenomen in de Balanspost  Vooruit ontvangen Rijksbijdragen ILG-gelden. Na definitieve vaststelling van de subsidies zullen deze laatste termijnen worden overgemaakt aan de ontvangers.
  6. Van de MIT regeling 2018 zijn enerzijds de beoordelingen van subsidieaanvragen niet afgerond voor het eind van het jaar, waardoor de beschikkingen niet zijn uitgegaan. Daarnaast zijn er aanvragen afgewezen omdat de kwaliteit onvoldoende was of niet passend binnen de voorwaarden. Hierdoor is € 3,2 miljoen minder aan subsidies verleend dan begroot.
  7. Duurzame landbouw: De overeenkomst met het Rijk voor een seismisch exploratieprogramma is nog niet gereed waardoor de uitvoering is doorgeschoven naar 2019 en € 2,4 miljoen minder is uitgegeven. Deze middelen die zijn bestemd voor Geo-thermie en warmtenetten worden daarom met de UI doorgeschoven naar 2019.
  8. OV-knooppunten: De provincie heeft voor Kan Palen Zaanstad € 2,3 miljoen beschikbaar gesteld voor de sanering van het industriegebied. Het project wordt nu op een meer integrale manier benaderd en is onderdeel van een groter project geworden dat nog in voorbereiding is, waardoor de subsidie niet in 2018 verleend is. Dekking voor deze uitgave verloopt voor een deel via de reserve ‘TWIN-H’ en voor een deel via de reserve ‘Werkgelegenheid en Economie’
  9. De POP3 verplaatsingsregeling glastuinbouwbedrijven wordt uitgevoerd door het RVO en verloopt volgens planning. De stand van de verplichtingen bij het RVO inzake deze regeling, peildatum 31 dec 2018, is dit jaar voor het eerst opgenomen in de boekhouding van de provincie. Daar was geen kasraming voor opgenomen.
  10. De Uitvoeringsregeling is verschoven naar 2019, waardoor € 1,5 miljoen minder is uitgegeven.
  11. Vanuit het structuurvisiebudget worden verschillende projecten ondersteund. Een aantal van deze projecten is later gestart dan verwacht waardoor € 1.1 miljoen minder aan lasten is gerealiseerd:

- Het opstarten van het Building with Nature is in 2018 een paar keer uitgesteld vanwege nieuwe ontwikkelingen in de haven Den Helder. Vanaf 1 september is daadwerkelijk gestart (minder lasten, € 150.000);
- Besluitvorming over het traject Netverzwaring en Tennet/Liander heeft meer tijd gekost (minder lasten, € 198.000);
- Er werden meer vrijwillige kavelruilen in de Wieringen verwacht. In een aantal gevallen zijn partijen  vroegtijdig uitgestapt waardoor de provincie het proces niet heeft kunnen afronden. Het betreffen complexe kavelruilen (minder lasten, € 53.000);
- De uitvraag en opdracht ontwikkelstrategie met betrekking tot de Energietransitie NZKG is gedaan door het Projectbureau, die ook de kosten op zich heeft genomen (minder lasten,
€ 220.000);
- Voor het programma Transitie energie en grondstoffen (TEG) is in 2018 minder besteed doordat de ondertekening van het landelijk klimaatakkoord een aantal maanden is vertraagd, de aanpak rondom Zon anders is geworden dan vooraf bedacht en doordat er niet voldoende capaciteit was om aan de slag te gaan met alle trajecten tegelijkertijd (minder lasten,
€ 370.000).
- De PARK is later ingehuurd doordat het vinden van een geschikte kandidaat langer duurder (minder lasten, € 70.000);
- In 2018 is een integrale strategie voor het landschap in de MRA opgesteld en heeft hierover besluitvorming plaats gevonden. Hierdoor loopt de uitvoering (en daarmee de kosten) uit tot het 2e kwartaal 2019. Tevens is, voor de uitvoering, budget beschikbaar gesteld door de MRA vanuit restantmiddelen van de MRA-begroting 2017 en er is vanuit provinciale middelen ook budget beschikbaar gesteld op basis van motie 110 (minder lasten, € 50.000)

  1. Voor het versnellen van de woningbouw (motie 110) is een subsidie van € 2,7 miljoen verleend terwijl € 3 miljoen geraamd was. Daarnaast is het aantal subsidieaanvragen op grond van de uitvoeringsregeling Woonvisie achtergebleven bij de raming en is een aantal in voorgaande jaren verleende subsidies lager vastgesteld waardoor in totaal € 875.000 minder is uitgegeven.
  2. De subsidie verlening voor de Ontsluitingsweg PrimA4a is volgens de planning en het vastgestelde bestedingsplan TWIN-H uitgevoerd, hiervoor was echter geen kasraming opgenomen in de begroting waardoor een afwijking van € 700.000 aan extra lasten ontstaat.
  3. In 2018 waren de instrumenten van de provincie om bij te dragen aan het verbeteren van OV-knooppunten minder vaak nodig waardoor € 529.000 minder is besteed. De inzet van deze middelen betreft maatwerk en is afhankelijk van gemeenten en andere partners. In 2019 verwacht de provincie weer een aantal knooppunten te ondersteunen. De resterende middelen zijn daarom meegenomen in een uitgestelde intentie naar 2019
  4. Op basis van de jaarrekening 2018 van de Regionale Ontwikkelingsmaatschappij Noordzeekanaalgebied (RON) komt het geconsolideerde resultaat uit op €1.518.000 en bedraagt het eigen vermogen van de RON €3.310.000 . Het provinciale aandeel in het eigen vermogen is 1/3 deel en komt neer € 1.103.333. Doordat er € 1 miljoen agio is teruggestort in 2018 komt de kostprijs van de aandelen RON neer op € 317.646 (oorspronkelijke verkrijgingsprijs) plus € 1 miljoen agio= €1.317.646. Van de gevormde verliesvoorziening valt hierdoor €506.000 vrij (restant van de voorziening bedraagt €214.313).
  5. Door het intrekken van een verleende subsidie uit 2013 voor Fysieke verbeteringen HIRB is € 271.000 minder aan lasten gerealiseerd. Dit betreft dus een afrekeningsverschil ten gunste van de reserve HIRB.
  6. Regionale Economie: de € 275.000 aan lagere lasten wordt veroorzaakt door afwijkingen op verschillende projecten:
    1. Aan de getroffen voorziening voor Pallas is de rentecomponent van € 230.000 toegevoegd, dit heeft geleid tot hogere lasten;
    2. Een aantal geraamde activiteiten is niet doorgegaan waaronder Smart Industrie en er zijn minder juridische kosten gemaakt wegens vertraging in het juridisch proces. Het onderzoek naar koopstromen is niet volledig in 2018 afgerond. De incidentele extra bijdrage aan PDENH is geraamd onder regionale economie maar verantwoord onder Milieu.

Hierdoor is in totaal € 388.000 minder aan lasten gerealiseerd.

    1. Van de incidenteel beschikbaar gestelde midden voor Breedband wordt een deel in 2019 aangewend voor de afronding van de advieswerkzaamheden. Hierdoor wordt € 117.000 met de UI meegenomen naar 2019.
  • Stedelijke vernieuwing: Door een wijziging in de administratieve verwerking van in het verleden beschikte subsidies zijn de lasten die voorheen pas bij uitbetaling werden gerealiseerd nu naar voren geschoven. Hierdoor is in 2018 € 239.000 meer aan lasten gerealiseerd. Hier staat eenzelfde bedrag aan gerealiseerde baten tegenover, zie baten 32.
    1. Reserve Herstructurering bedrijventerreinen subsidies. Het aantal aanvragen voor de UVR Ondersteuning Toekomstige Werkterreinen is achter gebleven op de planning, er is € 225.000 minder aan subsidies verleend. De aanstelling van een ambassadeur in het begin van het jaar heeft onvoldoende geleid tot concrete projecten. In september is een nieuwe ambassadeur aangesteld en is de looptijd van de regeling verlengt tot eind 2019.
    2. Locatiesubsidies kleine stadsgewesten: Door een wijziging in de administratieve verwerking van in het verleden beschikte subsidies zijn de lasten die voorheen pas bij uitbetaling werden gerealiseerd nu naar voren geschoven. Hierdoor is in 2018 € 186.000 meer aan lasten gerealiseerd. Hier staat eenzelfde bedrag aan gerealiseerde baten tegenover, zie baten 31
    3. Als gevolg van de gemeentelijke verkiezingen zijn er minder bijeenkomsten georganiseerd en minder pilots gestart voor de omgevingswet en visie dan vooraf gepland waardoor € 96.000 minder is uitgegeven. Daarnaast in de begroting € 60.000 meer geraamd voor de bijdrage aan het IPO ten behoeve van de omgevingswet- en visie dan nodig.
    4. Als gevolg van lagere vaststelling van twee subsidies (Riviercruisevaart en Sloepennetwerk) heeft de provincie € 140.000 aan reeds gerealiseerde lasten terugontvangen. Dit betreft dus een afrekeningsverschil ten gunste van de reserve werkgelegenheid en economie.
    5. Noordzeehavens: Met betrekking tot het haalbaarheidsonderzoek van de energiehaven is meerwerk verricht. Dit meerwerk is opgenomen in de begroting maar viel uiteindelijk lager uit dan verwacht. Hierdoor is € 130.000 minder uitgegeven dan begroot.
    6. Voor het uitvoeren van het arbeidsmarktbeleid zijn we afhankelijk van de samenwerkingspartner, de Triple-helix partijen. Een aantal projecten komt pas tot het leveren van een prestatie in het jaar 2019 waardoor in 2018 € 122.000 minder aan lasten is gerealiseerd.
    7. Er is € 109.000 minder aan kosten gemaakt voor het adviestraject over de toekomstige ontwikkeling van Schiphol dan verwacht door vertraging in de publicatie van de Milieueffectenrapportage(MER) van Schiphol.
    8. Lasten zoals subsidies worden soms administratief afgehandeld in een later jaar dan waarop de subsidie betrekking heeft. Bij deze eindafrekening wordt aan de hand van de subsidievoorwaarden en de werkelijke kosten het precieze bedrag van de subsidie bepaald. Verschillen tussen de in eerste instantie afgesproken subsidie en de eindafrekening die in een verschillend jaar tot uiting komen, komen op de post "afrekeningsverschillen" terecht. Deze afrekeningsverschillen worden begroot als stelpost in programma 8, maar gerealiseerd in alle programma's. Voor een verdere specificatie van de afrekeningsverschillen wordt verwezen naar tabel 5.4.1 in deze jaarrekening.
    9. Bij de begroting 2018 zijn alle apparaatskosten verdeeld over de programma’s via een bepaalde verdeelsleutel. Gedurende het uitvoeringsjaar hebben er wijzigingen plaatsgevonden op de totale omvang van de apparaatskosten. Deze wijzigingen zijn in eerste instantie verwerkt in programma 8 (als “nog te verdelen apparaatskosten”). Bij de jaarrekening zijn deze wijzigingen weer verdeeld over de 7 beleidsprogramma’s. Daarom is er sprake van een onderschrijding in programma 8 en een overschrijding in de andere programma’s. Voor de toelichting op de verschillen tussen begrote en gerealiseerde totale apparaatskosten wordt verwezen naar de paragraaf bedrijfsvoering.

    Baten

    1.  Conform de uitspraak van de commissie BBV zijn de bruto verkoopopbrengsten onder de “Baten” verantwoord en de afwaardering van de gronden onder de “Lasten”. In de begroting 2018 was bij de “Baten” nog ten onrechte de netto opbrengst (saldo opbrengst min afwaardering) begroot. Tegenover de € 11,2 miljoen aan meer gerealiseerde baten, staat eenzelfde bedrag aan lasten voor de afwaardering van in 2018 verkochte gronden.
    2. Zie bij de lasten nummer 5.
    3. Bij een aantal grond transacties is de in 2018 geplande aktepassering verschoven naar 2019. Zo is bijvoorbeeld bij Bureau Beheer Landbouwgronden (BBL) de transactie Rijnlanderweg aan de gemeente Haarlemmermeer vertraagd. Dit komt door de vorming van een nieuw College van B&W in de Haarlemmermeer. Bij de voormalige Wierringenrandmeer is bij de Kavelruil Hoeverkoog nog onduidelijkheid op welke wijze deze kavelruil vorm zal krijgen.  Er is dus sprake van uitstel. Doordat het geraamde effect van de uitgestelde transacties per saldo gunstig was (meer opbrengsten dan kosten voor afwaardering), is er per saldo € 1.8 miljoen minder aan baten gerealiseerd.
    4. Doordat de lasten hoger uitvallen dan begroot (zie lasten 20) is € 186.000 meer onttrokken aan de balanspost vooruit ontvangen rijksbijdrage BLS. Daarnaast zijn de overige BLS-middelen (€131.000) vrijgevallen.
    5. Doordat de lasten hoger uitvallen dan begroot (zie lasten 18) is € 239.000 meer onttrokken aan de balanspost vooruit ontvangen rijksbijdrage ISV
    6. RVO heeft in de loop van 2018 de provinciale bijdrage aan de uitvoeringskosten over 2016 en 2017 her berekend. Dit heeft geleid tot extra teruggaven waardoor € 154.000 meer aan baten is gerealiseerd. Hier staat evenredig een hogere storting in de reserve Europese projecten landbouwsubsidies tegenover.

    Stortingen Reserves

    1. Reserve Werkgelegenheid en Economie: de gedecentraliseerde bijdrage vanuit het Rijk via het Provinciefonds voor MKB Topsectoren en voor de Uitvoeringsregeling MIT is pas met de decembercirculaire bekend gemaakt. Hierdoor was in de begroting geen rekening gehouden met een hogere storting in de reserve van € 1,7 miljoen.
    2. Reserve Projecten Europese Landbouwsubsidies. RVO heeft in de loop van 2018 de provinciale bijdrage aan de uitvoeringskosten over 2016 en 2017 her berekend. Dat heeft geleid tot € 154.000 aan hogere baten. Hier staat evenredig een hogere storting in de reserve tegenover.

    Onttrekking Reserves

    1. Reserve Leefbaarheidsfonds Schiphol, zie voor de inhoudelijke toelichting lasten nr. 2
    2. Reserve Werkgelegenheid & economie: €4,2 miljoen lagere lasten voor PIM en GO-NH (nr. 4) en € 3,2 miljoen lagere lasten voor innovatiestimulering topsectoren (nr. 6), € 1,5 miljoen minder onttrokken voor OV knooppunten (nr. 8) en € 140.000 minder onttrokken in verband met de lager vastgestelde subsidies riviercruisevaart en sloepennetwerk (nr. 22). Daarnaast is € 6,3 miljoen minder onttrokken aan de reserve werkgelegenheid en economie ten behoeve van uitgaven in programma 4 – milieu. Zie voor de inhoudelijke toelichting op dit verschil de nummers 1, 2 en 10 onder de lasten in programma 4 - milieu.
    3. Vanuit de reserve Europese Projecten Landbouwsubsidies is € 5,4 miljoen meer onttrokken. Zie bij de lasten nr. 3 voor de inhoudelijke toelichting.
    4. Vanuit de reserve Duurzame Zeehavens is circa € 1,5 miljoen minder onttrokken. Zie voor een inhoudelijke toelichting nr. 10 bij de lasten.
    5. Vanuit de reserve herstructurering bedrijventerreinen is € 290.000 minder onttrokken. Zie voor de inhoudelijke toelichting nummer 19 bij de lasten.